De afgeleide modellen

    In die tijd werd de Dyna tot ver uitgevoerd, van Griekenland tot Zweden, van Zuid Afrika tot Vietnam en dit langs Uruguay om. De Dyna is een ideaal vertrekpunt voor alle kleine voertuigbouwers en carrossiers, die meerdere wagens zullen samenstellen op basis van de Dyna.

• Frankrijk

    In Frankrijk zijn de meest bekende de sportwagens van Callista en vooral de DB's (Deutsch & Bonnet), die in competitie veel succes hebben, en dat onder verschillende vormen : cabriolets, coupés (in aluminium en daarna in kunststof (of polyester), 500 racers en "Monomills", berlinettes en "competitiesbarquettes".

Bij Georges Irat is de Dyna motor achter ingebouwd op zijn mini jeep die hij "voiture du Bled" benoemd heeft, en bij FAR is dezelfde motor voorin een 3-wielen bestelwagen die "Le Poney Mécanique" (de mechanische poney) gedoopt is.Dyna Facel

• Italië

    In Italië heeft de Panhard motor Nardi, de tovenaar, of aan koetswerkbedrijven zoals Allemano, Ghia, Siro en Zagato geïnspireerd.

• Zwitserland

       In Zwitserland vinden wij bij Ghia-Aigle speciale koetswerken voor de Dyna.

• Duitsland

    In Duitsland vinden we koetswerkbouwer Wendler en de maatschappij Veritas. Deze Duitse firma bouwde totnogtoe groottoerisme- en renwagens met 2 liter BMW mechaniek, maar breidt nu uit met "populaire haute couture" en lanceert de Dyna-Veritas op basis van de Dyna 120. Het koetswerkontwerp werd toevertrouwd aan Baur en ziet er typisch Duits uit, met de koplampen van de DKW. De Veritas werd merendeels als cabriolet verkocht, naast enkele zeldzame coupés bij ons. Volgens J.Coune zouden een dikke tien Veritas op de Belgische markt verspreid zijn. Samen met de Duitse productie waren er 176 exemplaren gebouwd.

De Dyna Junior

    Ten overstaan van deze lovenswaardige initiatieven blijft Panhard niet werkloos toezien en vanaf 1951 vraagt de firma van de "avenue d'Ivry" de Parijse koetswerk maatschappij Di Rosa de plannen van een kleine sportwagen te tekenen met de bedoeling de kleine MG's, die veel succes hebben op de Amerikaanse markt, te beconcurreren. De eerste ontwerpen van Di Rosa hebben geen gevolg, maar zullen toch in de herfst aan de basis liggen van de Dyna Junior. Deze kleine roadster heeft eenvoudige vormen en een aantrekkelijke prijs. Sinds april 1952 in serie gebouwd, kent de Junior snel een groot succes bij jonge mensen. Meer dan 4.700 exemplaren zullen tot de lente van 1956 - waarvan 235 in 4 PK versie en 4.500 in 5 PK - gebouwd worden.

1953 : het overgangsjaar

  Het jaar 1953 wordt een overgangsjaar. De Junior verkoopt goed, maar de Dyna veroudert, ondanks haar nieuwe motorisering. Het is zeker niet de realisatie van een assemblage van een Panhard mechaniek op een koetswerk van Rosengart Ariette, die een oplossing zal brengen. Van deze Panhard Scarlet worden slechts 208 exemplaren verkocht.